Voormalig Vredegerecht
Het gebouw werd in 1846 door stadsarchitect François Drossaert opgetrokken. Op dezelfde plaats bevond zich het Corps de Garde (in de volksmond Kottegoar genoemd), de huisvesting van de burgerwacht.
In dit gebouw werd later het Vredegerecht ondergebracht, maar ook het politiekantoor, het bureau van de Burgerlijke Godshuizen en het Bureau der Octrooien. Het deed tevens dienst als tekenschool en Bureau voor openbare Werken.
De neoclassicistische voorgevel werd door Drossaert voorzien van een zuilengalerij, die doorgang verleent naar het achtergelegen pleintje en stedelijk museum 'het Toreke'. Oorspronkelijk was deze galerij bedoeld als overdekte marktplaats. Daarom werd het volledige gebouw vroeger ook wel de stadshalle genoemd, evenwel niet te verwarren met de lakenhalle die achter het stadhuis gevestigd was.
In 2002 werd het gebouw geopend als Suikermuseum. De idee kwam tot stand toen men in 1988 het 150-jarig bestaan vierde van de Tiense Suikerraffinaderij. Eerst zou een nieuw museum gebouwd worden op de plaats van het stadsarchief. Maar uiteindelijk is men van deze plannen afgestapt en heeft men het voormalige Vredegerecht gekozen als locatie.
Na bijna 15 jaar liet de techniek in dit interactieve museum het echter steeds meer en meer afweten. Onvoorziene technische mankementen maakten dat er geen kwalitatief bezoek meer kon worden gegarandeerd. Daarom werd het Suikermuseum op 16 april '17 gesloten