Burgerrechterlijke aansprakelijkheidsverzekering inzake brand en ontploffing
Elke uitbater van een inrichting die gewoonlijk voor het publiek toegankelijk is, is objectief aansprakelijk voor lichamelijke en materiële schade aan derden veroorzaakt door een brand of een ontploffing in de inrichting. Dit geldt onverminderd het gewone verhaal op de personen die verantwoordelijk zijn voor de schade.
Het begrip ‘gewoonlijk voor het publiek toegankelijk’ veronderstelt een regelmatig terugkomende omstandigheid, ook al wordt het publiek er slechts onder bepaalde voorwaarden toegelaten. Concreet is een inrichting 'gewoonlijk toegankelijk' als één van volgende grenzen van het toegankelijk stellen overschreden wordt:
- 12 keer per jaar;
- 2 keer per maand;
- 2 opeenvolgende dagen;
- 24 dagen per jaar.
Daarom moet een uitbater van een dergelijke inrichting voorafgaand aan de (her)opening van zaak gedekt zijn door een burgerrechtelijke aansprakelijkheidsverzekering inzake brand en ontploffing.
De verzekeringsonderneming is verplicht de burgemeester in kennis te stellen van deze verzekeringsovereenkomst, inclusief de verlengingen en stopzettingen, nietigverklaringen, …
Regelgeving
- Wet van 30 juli 1979 betreffende de preventie van brand en ontploffing en betreffende de verplichte verzekering van de burgerrechtelijke aansprakelijkheid in dergelijke gevallen
- Koninklijk besluit van 19 februari 1991 betreffende de inrichtingen die onder de toepassing vallen van hoofdstuk II van de wet van 30 juli 1979